Federale steun voor ondernemers (crisis)

Laatst gewijzigd op 17 jan 2024 (Alle wijzigingen)

Samengevat

Voor wie
ondernemingen
Voor wat
ondersteuning tijdens crisisituaties (o.m. energiecrisis)
Steunmaatregelen
de ondersteuning varieert per maatregel

Wat houdt de maatregel in

Om de zelfstandigen en ondernemingen te ondersteunen in bepaalde crisisperiodes voorziet de federale overheid een aantal ondersteuningsmaatregelen. Dit is o.m. zo voor de huidige energiecrisis. Ook informatie over maatregelen ter compensatie van de loonindexering zoals de vermindering op de werkgeversbijdragen in de twee eerste kwartalen van 2023 kan je hier terugvinden. 

De federale overheid voorziet in het kader van de energiecrisis een steunpakket voor bedrijven en gezinnen. In deze maatregel vind je een overzicht van de steun voor bedrijven.

Compensatie loonindexering: vermindering en uitstel werkgeversbijdragen

In het kader van het begrotingsakkoord voor 2023 en 2024 werd er beslist om werkgevers te compenseren voor de gevolgen van de loonindexeringen.

Zowel de grote als kleine ondernemingen in de profit- en non profitsector zullen worden gecompenseerd via een vermindering van de netto werkgeversbijdragen. 

Hiervoor voorziet men twee maatregelen: 

  • In het eerste en tweede kwartaal van 2023 zal er een vermindering van de RSZ-bijdragen worden voorzien. Het gaat om een vermindering van 7,07% berekend op de netto patronale basisbijdrage. Het gaat om de werkgeversbijdragen berekend op alle looncodes waarop de basiswerkgeversbijdragen worden berekend (looncodes 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 9, 51, 61, 62, 65 en 66) na het in mindering brengen van de toepasselijke werkgeversbijdrageverminderingen met uitzondering van het forfait sociale maribel. Deze maatregel moet nog verder worden uitgewerkt.
    De netto patronale bijdrage is de effectief te betalen werkgeversbijdragen, dus de totale werkgeversbijdragen verminderd met het forfait van de structurele lastenverlaging, de hoge- of lagelonencomponent en een eventuele doelgroepvermindering. 
  • In het derde en vierde kwartaal van 2023 wordt er een uitstel van de betaling van de RSZ-bijdragen voorzien. De 7,07 % uitstel van betaling wordt berekend op de netto globale werkgeversbijdragen. Het gaat om de werkgeversbijdragen berekend op alle looncodes waarop de basiswerkgeversbijdragen worden berekend (looncodes 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 9, 51, 61, 62, 65 en 66) na het in mindering brengen van de toepasselijke werkgeversbijdrageverminderingen met uitzondering van het forfait sociale maribel. Het totale bedrag van het betalingsuitstel voor het derde en vierde kwartaal wordt door de RSZ berekend. Dat bedrag moet dan gespreid over de vier kwartalen van 2025 terugbetaald worden. 

Meer informatie kan je raadplegen in de Programmawet (1) van 25 december 2022 (BS 30.12.2022) en op de Instructies RSZ > Uitstel van betaling- competitiviteit.

Fiscale steun tijdens crisissituaties

Afbetalingsplan voor fiscale schulden

Kamp je met met tijdelijke betaalproblemen dan kan je een afbetalingsplan aanvragen. Je kunt wel betalen binnen vier maanden of tussen vier en twaalf maanden na de uiterste betaaldatum.

Meer informatie kan je raadplegen op deze pagina van de FOD Financiën Ik wil een afbetalingsplan aanvragen.

Belastingkrediet voor de facultatieve verhoging van de fietskilometervergoeding

Vanaf 1 januari 2024 bedraagt de fietsvergoeding, vrijgesteld van fiscale en sociale bijdragen, € 0,35 per effectief met de fiets afgelegde kilometer. Er werd echter ook een maximumbedrag op jaarbasis vastgelegd van € 2.500 per kalenderjaar. Dit maximum geldt per werkgever en per werknemer. Wordt het maximumbedrag overschreden, dan wordt het deel van de fietsvergoeding dat het grensbedrag overschrijdt, beschouwd als loon. Om werkgevers aan te moedigen om dit verhoogd bedrag toe te kennen, wordt er een tijdelijke fiscale compensatie voorzien in de vorm van een belastingkrediet. Wie dus vrijwillig de fietsvergoeding binnen zijn onderneming verhoogt kan vanaf 1 januari 2024 ook een compensatie van deze kost bekomen. 

Het gaat om een compensatie van de fietsvergoedingen toegekend voor de verplaatsingen tijdens de periode van 1 januari 2024 tot eind 2026 en die ten laatste op 31 december 2027 worden toegekend.

Je kan dit belastingkrediet toekennen als aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

  • de kost van de fietsvergoeding moet gedragen worden door de werkgever;
  • de verhoging van de fietsvergoeding is niet het gevolg van een indexering;
  • de vrijwillige verhoging van de fietsvergoeding geldt onbeperkt in tijd;
  • de verhoging moet worden vastgelegd in een ondernemings-cao, het arbeidsreglement of een individuele overeenkomst. 

Het belastingkrediet geldt voor het verschil tussen de fietsvergoeding toegekend op een bepaald tijdstip tussen 1 januari 2024 en 31 december 2026 en de referentiefietsvergoeding toegekend op 1 juni 2023, met een minimum van € 0,18 per kilometer. De compensatie wordt beperkt tot maximaal € 0,05 per kilometer.

Indien de werkgever reeds een compensatie krijgt via 'Belastingkrediet voor de fietskilometervergoeding toegekend in toepassing van cao nr. 164' (zie verder), wordt enkel het surplus van de verhoogde fietsvergoeding gecompenseerd door het belastingkrediet voor de facultatieve verhoging van de fietsvergoeding.

Meer informatie in de Wet van 22 december 2023 houdende diverse fiscale bepalingen (1).

Belastingkrediet voor de fietskilometervergoeding toegekend in toepassing van cao nr. 164

Werkgevers die verplicht een fietsvergoeding moeten toekennen op basis van CAO 164 krijgen een belastingkrediet ter compensatie van de gestegen kosten voor werkgevers door de uitbreiding van de fietsvergoeding over meerdere sectoren als gevolg van de aanvullende cao nr. 164 van 24 januari 2023. Dit tijdelijk belastingkrediet geldt voor fietsvergoedingen toegekend voor woon-werkverplaatsingen met de fiets afgelegd tussen 1 mei 2023 en 31 december 2024. 

Meer informatie kan je nalezen in het nieuwsbericht Belastingkrediet voor de fietskilometervergoeding. Je kan een aantal toepassingsvoorbeelden terugvinden in het Wetsontwerp houdende diverse fiscale  bepalingen > Document 55K3607001. Meer informatie in de Wet van 28 december 2023 houdende diverse fiscale bepalingen.

Belastingvrijstelling energiesteun

De vergoedingen/steunmaatregelen, betaald of toegekend tussen 1 juli 2022 en 31 december 2023, die de gemeenschappen, gewesten, provincies of gemeenten en steden toekennen voor de economische gevolgen die belastingplichtigen ondervinden naar aanleiding van de energiecrisis zijn belastingvrij in de personen- en vennootschapsbelasting onder bepaalde voorwaarden.

Meer informatie kan je raadplegen via Veelgestelde vragen: Welke subsidies worden vrijgesteld van belasting.

Overbruggingsrecht voor zelfstandigen

Zelfstandigen die kampen met bepaalde moeilijkheden kunnen soms een beroep doen op één van de uitkeringen van het Overbruggingsrecht. 

Het 'Klassieke overbruggingsrecht' kan je bekomen in verschillende situaties: collectieve schuldenregeling, economische moeilijkheden en gedwongen onderbreking (brand, natuurramp,...). 

Zelfstandigen die hun activiteit hebben stopgezet of onderbroken omwille van de energiecrisis konden onder bepaalde voorwaarden in de periode van 1 oktober 2022 tot 31 maart 2023 een beroep doen op het klassiek overbruggingsrecht.

Meer informatie in de maatregel in de Subsidiedatabank: Overbruggingsrecht voor zelfstandigen.

Risicokapitaal voor ondernemingen in crisis

De overheid voorziet ook de uitbreiding van een aantal risicokapitaalinitiatieven ter ondersteuning van de vele ondernemingen die te kampen hebben met de energiecrisis.

Dit doet ze via verschillende Risicokapitaalfondsen: FPIM Relaunch, Belgian Recovery Fund en het Transformatiefonds. We houden je op de hoogte via deze maatregel in Subsidiedatabank: Federale Participatie- en Investeringsmaatschappij (FPIM).

Sociale (werkgevers)bijdragen

Minnelijk afbetalingsplan sociale werkgeversbijdragen

De bijzondere minnelijke afbetalingsplannen in het kader van de energiecrisis voor het derde en vierde kwartaal 2022 en het eerste kwartaal 2023 kunnen niet meer worden aangevraagd. Je kan bij betalingsmoeilijkheden nog wel deze maatregel raadplegen Minnelijk afbetalingsplan sociale werkgeversbijdragen.

Betalingsfaciliteiten van sociale bijdragen voor zelfstandigen 

Ben je als zelfstandige zwaar getroffen door de energiecrisis dan kon je ook nog in 2023 een afbetalingsplan voor de bijdrage voor het eerste kwartaal van 2023. Als er een betalingsuitstel werd toegekend, moet het afbetalingsplan uiterlijk op 31 maart 2024 worden aangevraagd.

Meer informatie vind je terug op de website van RSVZ Moeilijkheden door de energiecrisis. We houden je op de hoogte van wijzigingen via de Nieuwsbrief van de Subsidiedatabank én de maatregel Uitstel of vrijstelling van betaling van sociale bijdragen.

Ook in het kader van andere betalingsmoeilijkheden kan je in bepaalde situaties een uitstel of vrijstelling van betaling van sociale bijdragen vragen. Dit kan als je tijdelijke financiële of economische moeilijkheden hebt. Bekijk de maatregel Uitstel of vrijstelling van betaling van sociale bijdragen

Tijdelijke werkloosheid

Van 1 oktober 2022 tot en met 31 maart 2023 konden energie-intensieve bedrijven gebruik maken van een bijzonder stelsel van tijdelijke werkloosheid wegens economische oorzaken voor energie-intensieve bedrijven, dat soepeler is dan de bestaande regelingen van tijdelijke werkloosheid wegens economische oorzaken.

Je kan wel nog steeds verschillende vormen van 'Tijdelijk werkloosheid' aanvragen. Je kan deze terugvinden op de website van de RVA > infobladen (Werkgevers) > Thema 'Tijdelijke werkloosheid'. 

Blijf op de hoogte

Wil je op de hoogte blijven van wijzigingen van deze maatregel en andere maatregelen in de Subsidiedatabank? Dat kan via de gratis 'Nieuwsbrief van de Subsidiedatabank'.