Wijzigingen aan Vrijstelling doorstorting bedrijfsvoorheffing

Om werkgevers aan te moedigen meer opleidingen te voorzien voor hun werknemers, werd er in januari 2021 een nieuwe fiscale vrijstelling Opleiding werknemers ingevoerd. Ondertussen werden de formaliteiten verduidelijkt in het koninklijk besluit van 14 maart 2021.

Om werkgevers aan te moedigen meer opleidingen te voorzien voor hun werknemers, werd er een nieuwe fiscale vrijstelling ingevoerd. Voor werknemers die al minstens 6 maanden aan de slag zijn, moet de werkgever vanaf 1 januari 2021 een bedrag van 11,75% van de bezoldiging van de betrokken werknemer niet meer doorstorten naar de Schatkist bij het volgen van bepaalde opleidingen tijdens een bepaalde periode. De opleiding zelf moet minstens 10 dagen bedragen tijdens een ononderbroken periode van 30 kalenderdagen. Voor kleine vennootschappen geldt hier een versoepeling (5 dagen opleiding gedurende een ononderbroken periode van 75 kalenderdagen). Meer informatie in de nieuwe rubriek Opleiding werknemers.

De toepassing van de 'Vrijstelling van doorstorting van de bedrijfsvoorheffing (coronavirus)' blijkt administratief zwaar te zijn. Daarom kunnen werkgevers kiezen om deze  vrijstelling van doorstorting te bekomen in de vorm van een verrekening met de bedrijfsvoorheffing die verschuldigd is voor de maand september of oktober 2020 (bij maandaangifte) of voor het derde trimester 2020 (bij kwartaalaangifte). Meer hierover kan je raadplegen in het Koninklijk Besluit van 27 september 2020.