GREEN investeringssteun

De voorwaarden wijzigingen op 1 juli. Lees meer

Wie kan indienen voor deze GREEN projectoproep?

Alle kmo's en grote ondernemingen die investeren in een exploitatiezetel in het Vlaamse Gewest, een aanvaardbare hoofdactiviteit uitvoeren (NACE-code), en een aanvaardbare rechtsvorm hebben. 

  • Wie hier geen exploitatiezetel heeft, moet ten laatste één jaar na de goedkeuring van de steunaanvraag in het Vlaamse Gewest een exploitatiezetel vestigen.
  • Als je tot de doelgroep van EBO Vlaanderen behoort, moet je ook toegetreden zijn tot de energiebeleidsovereenkomst.
  • De onderneming dient te voldoen aan alle wettelijk verplichtingen (o.a. deze die worden vermeld in het Energiebesluit van 19 november 2010). 
  • Uitgesloten zijn landbouwondernemingen, ondernemingen met een overheidsaandeel vanaf 50%, ondernemingen in moeilijkheden of ondernemingen tegen wie een procedure voor terugvordering van steun loopt.
  • Vzw's komen in aanmerking op voorwaarde dat ze economische activiteiten uitoefenen en hun hoofdactiviteit voorkomt op de GREEN NACE-codelijst.

Toelichting bij aanvaardbare rechtsvorm

Onder ‘onderneming’ verstaan we: iedere natuurlijke persoon die zelfstandig een beroepsactiviteit uitoefent, vennootschappen met rechtspersoonlijkheid, vzw’s met economische activiteit, de Europese economische samenwerkingsverbanden.

Vennootschappen met rechtspersoonlijkheid zijn (art. 1:5 wetboek van vennootschappen en verenigingen):

  • naamloze vennootschap, nv
  • besloten vennootschap, bv
  • coöperatieve vennootschap, cv
  • vennootschap onder firma, vof
  • commanditaire vennootschap, commV
  • Europese vennootschap, SE
  • Europese coöperatieve vennootschap, SCE

De maatschap heeft geen rechtspersoonlijkheid en komt niet in aanmerking.

Financiering via een patrimoniumvennootschap

De investeringen kunnen uitgevoerd worden door een patrimoniumvennootschap die tot dezelfde groep als de steunaanvragende onderneming behoort. De vennootschappen behoren tot dezelfde groep in een van de volgende gevallen:

  • de patrimoniumvennootschap participeert rechtstreeks of onrechtstreeks voor minstens 25 % in de steunaanvragende onderneming
  • de steunaanvragende onderneming participeert rechtstreeks of onrechtstreeks voor minstens 25 % in de patrimoniumvennootschap
  • een natuurlijke persoon of rechtspersoon participeert rechtstreeks of onrechtstreeks voor minstens 25 % in beide vennootschappen

Bij financiering van de investeringen via een patrimoniummaatschappij is het de exploitatievennootschap die de steunaanvraag indient. De boeking en de afschrijving ervan gebeuren bij de patrimoniummaatschappij. Het is de steunaanvragende exploitatievennootschap die de ecologiesteun ontvangt. De toepassing van de termijn van vijf jaar betekent het gedurende vijf jaar ter beschikking stellen aan de steunaanvragende onderneming.

Beoordelingscriteria

Jouw steunaanvraag wordt beoordeeld op de volgende criteria:

  • Duidelijkheid en volledigheid van de projectaanvraag
  • Situering van de technologie t.o.v. een standaardtechnologie in de sector :
    • Algemeen principe: een technologie moet voldoende vernieuwend zijn om steun te kunnen verlenen.
    • Concreet: geen steun mogelijk in de volgende gevallen:
      • de investering is reeds BBT (Best Beschikbare Technologie) binnen de sector; 
        OF
      • de investering wordt uitgevoerd om aan de wettelijke verplichting (huidige regelgeving of op korte termijn (18 maanden voor afronding van de investering)) te voldoen; 
        OF
      • de investering betreft een verbetering in energie-efficiëntie die niet verder gaat dan de standaard (bijv. warmtepompen met lucht als warmtebron, thermische isolatie, LED-verlichting, toerentalregeling van compressoren,… ) of gekend is als no-regret-maatregel binnen de versterkte energiewetgeving.
  • Terugverdientijd: als de terugverdientijd van de ecologische meerkost kleiner is dan twee jaar, wordt geen steun meer verleend.
  • Kosteneffectiviteit (KE): 
    • Algemeen principe: projecten moeten voldoende milieuvoordeel hebben per euro meerkost.
    • Concreet: Zoals uitgelegd in het onderdeel ‘Hoeveel bedraagt het subsidiepercentage’?, worden de milieubaten van elke ecologie-investering in kaart gebracht en gekwantificeerd op basis van een levenscyclusanalyse (LCIA) methode (ReCiPe). Uit deze analyse volgt de kosteneffectiviteit (KE) van de investering (dit zijn de gerealiseerde milieubaten per euro jaarlijkse meerkost). Enkel projecten die een positieve KE behalen, komen in aanmerking voor steun. De LCIA houdt ook rekening met de 'embedded CO2' van gebruikte materialen in de installatie (denk bijvoorbeeld aan zeldzame materialen in batterijen): opdat de KE positief zou zijn, moet dit voldoende gecompenseerd worden door milieuwinsten tijdens gebruik van de installatie.
  • Ambitieniveau van de milieudoelstellingen en transparante kwantificering van de milieubaten

Contact

Stuur bij voorkeur een e-mail naar VLAIO. Toch iets via de post bezorgen? Alle VLAIO-kantoren hebben voortaan één postadres.

Telefoon
E-mail