Cijfers ontcijferd: het belang van een begrijpbaar en bruikbaar financieel advies
Hoe kunnen accountants financieel advies zo begrijpelijk mogelijk overbrengen? Hoe stel je een advies zo op dat ondernemers er meteen mee aan de slag kunnen? In zijn doctoraatsonderzoek zoekt Niels Garwig naar antwoorden door adviesgesprekken tussen accountants en ondernemers onder de loep te nemen. Bij de uitvoering van dit Baekeland-mandaat zijn twee kennisinstellingen – Arteveldehogeschool en UGent – en drie bedrijven – SBB Accountants & Adviseurs, Van Havermaet, Vandelanotte – betrokken. Boeiend en veelzijdig, maar niet altijd eenvoudig.
Van de financiële naar de onderzoekswereld
Niels Garwig: “Met een uitgebreide bancaire ervaring in mijn rugzak maakte ik een viertal jaar geleden de overstap naar het hoger onderwijs als docent accounting en fiscaliteit. Ik combineerde daarbij mijn lesopdracht aan Arteveldehogeschool met een educatieve master aan UGent. Ik schreef mijn masterthesis onder begeleiding van Professor dr. Evelien Opdecam. Deze ervaringen aan beide kennisinstellingen inspireerden mij tot mijn huidig doctoraatsonderzoek. Ik wilde mij toeleggen op een actuele en relevante onderzoeksvraag, in samenwerking met accountingbedrijven én ondernemers. Bovendien had ik feeling met de markt, omdat ik af en toe opleidingen verzorg bij accountingskantoren over financiële analyse en hoe ze dit kunnen toepassen in klantengesprekken. Vanuit de sector, die voortdurend in verandering is, bestaat een sterke behoefte aan houvast. Accountants willen gesprekken voeren waar beide partijen tevreden mee zijn.”
Gebundelde krachten
Niels: “Bij het horen van mijn idee toonden zowel Arteveldehogeschool als UGent interesse en besloten zij relatief snel om de krachten te bundelen. En hoewel ze elk een verschillende rol opnemen, ervaar ik ondersteuning van beide kennisinstellingen. Bij Arteveldehogeschool is Karen Vanderlinden mijn procesbegeleider. Zij is hoofd Onderzoek en Ontwikkeling binnen het interessegebied Business en Management. Om de drie weken zitten we samen en tijdens die gesprekken kan ik over mijn vooruitgang reflecteren. Bij UGent zijn professor dr. Evelien Opdecam en professor dr. Patricia Everaert mijn promotoren. Met hen kan ik wekelijks mijn wetenschappelijke methodiek aftoetsen: klopt mijn opzet? Is de weg die ik bewandel de juiste? Beide kennisinstellingen hebben ook onderling een vlotte communicatielijn.”
Pittige oefenmatchen
Niels: “Om een Baekeland-mandaat te kunnen opstarten, hadden we de medewerking van een aantal bedrijven in de accountancysector nodig. Drie accountantskantoren gaven mijn pitch een enthousiaste go. Het biedt een serieuze meerwaarde om dit project te realiseren met je voeten in de praktijk en de kritische insteek van de drie partners.”
“Ook relevant om te weten: je pakt zo’n voorbereiding van een Baekeland-aanvraag best grondig aan. Ik kreeg daarbij hulp vanuit beide kennisinstellingen en van de partnerondernemingen. Tijdens verschillende meetings kreeg ik feedback op het proposal. Ook namen ze bijvoorbeeld simulatie-interviews van me af. Pittige oefenmatchen maar toch enorm leerrijk. Zo liet UGent TechTransfer mij nadenken over mijn proces: hoe pak je x aan? Waar houd je best rekening mee? Heel waardevol. Ik kon dankzij die uitgebreide voorbereiding met een zelfverzekerd gevoel pitchen voor de jury.”
Geen laboratorium, wel veldonderzoek
Niels “Veel mensen associëren Baekeland-mandaten met beta-wetenschappen, met proeflaboratoria, machines of technologie. Dat is bij mij niet het geval. Mijn onderzoek is praktijkgericht en situeert zich in de sociale wetenschappen. Naarmate het onderzoek vordert, zal ik frequenter aanwezig zijn in de bedrijven voor interviews, observaties en experimenten. Aanvankelijk vond ik het een grote uitdaging om dit allemaal praktisch geregeld te krijgen, maar samen met een van de bedrijfspartners die als coördinator fungeert, verloopt dit proces zeer soepel.”
“Momenteel werk ik meetschalen uit die de perceptie over de begrijpbaarheid en de bruikbaarheid van een financieel adviesgesprek in kaart brengen. Het is een uitdagende taak die je volgens de regels van de kunst moet uitvoeren. Ik interview CEO’s, accountants en klantenondernemers. Die nauwe betrokkenheid is nodig. Het gaat tenslotte om meetinstrumenten voor hen die ontstaan zijn in co-creatie met hen. In september gaan we van start met het observeren van die specifieke gesprekken en gaan we na of beide partijen het advies als begrijpbaar en bruikbaar beschouwen. Het observatieschema vormt dan de aanzet voor het opmaken van een skillsmatrix.”
Skillsmatrix
In zijn onderzoek brengt Niels praktijk en wetenschap samen. In een ideaal eindscenario levert het doctoraat een onderbouwde leidraad op voor accountantskantoren.
Niels: “We willen aan accountants tonen wat het onderzoek voor hen in petto heeft. De eerste output van mijn doctoraat is een skillsmatrix met daarin de belangrijkste vaardigheden om als accountant begrijpbaar en bruikbaar advies te geven aan ondernemers. Een tweede output is dan een training op basis van die matrix. In die training voorzien we accountants van tools en inzichten om hun adviesvaardigheden te versterken. Die opleiding zullen we tijdens de onderzoeksfase testen. In een derde deel kijk ik in hoeverre een klant bereid is te betalen voor het advies van een accountant. Dat is een moeilijk gegeven, niet alleen bij de partnerbedrijven maar in de gehele Vlaamse markt. Ik wil graag meer inzichten verkrijgen in parameters die de bereidheid tot betalen verklaren, om zo de toegevoegde waarde voor klantenondernemers duidelijk te kunnen identificeren.”
Adviesvaardigheden
Niels: “Accountants weten waarmee ze bezig zijn, maar het is niet altijd evident om die kennis goed over te brengen. Binnen de Vlaamse opleiding zien we dat accountants nagenoeg uitsluitend cognitief voorbereid worden. Oefenen van sociale vaardigheden komt wel eens aan bod, maar eerder los van de andere vakken. Wij willen die vaardigheden meer integreren in het vakgebied. In onze training zullen we inzetten op didactische vaardigheden om de noodzakelijke informatie op een effectieve manier over te brengen. Kan ik als klant op basis van de meegedeelde info actie ondernemen? Ik ben ervan overtuigd dat je die vaardigheden kan identificeren, aanleren en versterken.”
“Tal van wetenschappelijke papers beschrijven de professionele vaardigheden voor een accountant, maar zijn daarin niet zo eenduidig. Over één vaardigheid zijn ze het alvast wel eens: kritisch denken. Accountants worden met heel veel geautomatiseerde informatie overdonderd en dienen die vervolgens kritisch te verwerken. Wanneer een financiële ratio op het scherm verschijnt, dan moet de accountant in staat zijn die te interpreteren én te vertalen naar de specifieke situatie van de klant-ondernemer die men voor zich heeft. Dat is een vaardigheid waar we in onze training heel sterk op willen werken.”
Wat na dat doctoraat?
In 2027 loopt Niels’ Baekeland-mandaat en doctoraat af. Wat zijn zijn dromen en ambities erna?
Niels: “Ik wil graag de band met ondernemingen en accountants behouden. In mijn ideale wereld maak ik deel uit van een centrum voor ondernemerschap. Ik begeleid ondernemers in hun financieel groeiproces en ondersteun accountants in hun rol als ondernemerscoach. Dit op basis van wetenschappelijke- en praktische inzichten, want wetenschap en praktijk gaan hand in hand volgens mij.”
Baekeland-mandaten
Met Baekeland-mandaten biedt VLAIO aan onderzoekers de kans een doctoraat uit te voeren in nauwe samenwerking met het bedrijfsleven. Hier lees je nog meer over Baekeland- en innovatiemandaten.