Nieuw Vlaams beschermingsmechanisme (steunperiode 1/10 t.e.m. 15/11/ 2020)
Samengevat
Wat houdt de maatregel in
Deze premie was er voor ondernemers in het Vlaamse Gewest die door de maatregelen van het Overlegcomité vanaf 6 en 16 oktober 2020, inzake het coronavirus (en de daaruit voortvloeiende maatregelen van de bevoegde autoriteiten inzake burgerlijke veiligheid), te kampen hadden met een omzetdaling van minstens 60% in ofwel de periode van 1 oktober tot en met 15 november 2020 ofwel de periode van 19 oktober tot en met 15 november t.o.v. de overeenkomstige periode in 2019.
De premie bedroeg 10% van de omzet tijdens de referentieperiode in 2019, beperkt tot een bepaald bedrag dat varieert in functie van de gekozen periode en het aantal RSZ ingeschreven werknemers.
Ook de cafés en restaurants die verplicht gesloten werden vanaf 19 oktober 2020 en andere sectoren die verplicht gesloten werden sinds 23 oktober 2020 konden deze premie ontvangen. Deze ondernemingen moeten hun omzetdaling niet aantonen.
Voor de periode van 16 november tot en met 31 december 2020 wordt er steun voorzien via Vlaams beschermingsmechanisme 3. Deze premie kan je aanvragen vanaf 4 januari 2021 om 14 u.
Wie komt in aanmerking
Ondernemingen in het Vlaams Gewest die open zijn met omzetdaling van 60%
Deze premie is er voor de onderneming met een exploitatiezetel in het Vlaamse Gewest die open is maar die ingevolge de maatregelen van het Overlegcomité vanaf 6 en 16 oktober 2020 inzake het coronavirus en de daaruit voortvloeiende maatregelen van de bevoegde autoriteiten inzake burgerlijke veiligheid geconfronteerd wordt met een omzetdaling van minstens 60% in:
- ofwel de periode van 1 oktober tot en met 15 november 2020
- ofwel de periode van 19 oktober tot en met 15 november 2020
De referentieperiode is de overeenkomstige periode in 2019.
Ondernemingen die verplicht moesten sluiten
Ook ondernemingen die in dezelfde periode verplicht gesloten werden of bleven ingevolge deze beperkende maatregelen komen in aanmerking voor steun. Deze ondernemingen moeten hun omzetdaling niet aantonen. Kiezen ze echter voor een omzetdaling in de periode van 1 oktober tot 15 november 2020 dan moeten ze wel een omzetdaling van minstens 60% aantonen.
Indien een restaurant in de periode van 19 oktober tot en met 15 november 2019 50% of meer van zijn omzet uit take away-activiteiten haalde, moet deze onderneming wél een omzetdaling aantonen.
Je bent een café of restaurant als je als hoofdactiviteit de volgende RSZ- of btw-NACE-code hebt in de Kruispuntbank van Ondernemingen (KBO):
- 56101 - Eetgelegenheden met volledige bediening;
- 56102 - Eetgelegenheden met beperkte bediening;
- 56301 - Cafés en bars.
Zij moeten meer dan 50% van hun omzet halen uit deze activiteit.
Bovendien moet je beantwoorden aan volgende voorwaarden:
Zelfstandigen en ondernemingen
Je komt in aanmerking als je tot één van de volgende categorieën behoort:
- Zelfstandige in hoofdberoep
- Zelfstandige in bijberoep die in 2019 een beroepsinkomen (netto belastbaar inkomen) heeft van minstens € 13.993,78
- Zelfstandige in bijberoep die in 2019 een beroepsinkomen (netto belastbaar inkomen) heeft tussen € 6.996,89 en € 13.993,78 en als loontrekkende minder dan 80% is tewerkgesteld (= helft van de premie)
- Een vennootschap met rechtspersoonlijkheid van privaat recht met minstens 1 werkend vennoot of minstens 1 voltijdsequivalent bij de RSZ ingeschreven personeelslid
- Een buitenlandse onderneming met vergelijkbaar statuut met minstens 1 voltijdsequivalent werkend vennoot of minstens 1 voltijdsequivalent bij de RSZ ingeschreven personeelslid
- Een vereniging met economische activiteit met minstens 1 voltijdsequivalent bij de RSZ ingeschreven personeelslid.
Gepensioneerden die een zelfstandige activiteit uitoefenen en student-zelfstandigen komen in aanmerking voor zover ze voldoen aan voormelde voorwaarden. Ook journalisten en andere beroepscategorieën die van rechtswege zijn vrijgesteld van de wettelijke bijdragen kunnen genieten van deze steunmaatregel.
Algemene voorwaarden
- De onderneming of zelfstandige beschikt op 1 oktober 2020 volgens de KBO over een actieve exploitatiezetel in Vlaanderen. Ondernemingen die zich in een niet-actieve toestand bevinden zijn uitgesloten (bijvoorbeeld ingeval van faillissement, vereffening, stopzetting, enzovoort).
- De onderneming heeft op 1 oktober een actieve exploitatie- of uitbatingszetel in het Vlaamse Gewest.
Uitgesloten ondernemingen
Volgende ondernemingen zijn uitgesloten:
- holdingvennootschappen;
- patrimoniumvennootschappen (verhuur en exploitatie van eigen of geleased niet-residentieel onroerend goed, exclusief terreinen);
- managementvennootschappen;
- ondernemingen waarvan de zaakvoerder als bestuurder of vennoot verbonden is met een andere onderneming die de subsidie heeft ontvangen en waaraan zij zakelijke diensten verlenen;
- de ondernemingen die achterstallige schulden hebben bij VLAIO naar aanleiding van een terugvordering van een onterecht ontvangen corona hinderpremie, corona compensatiepremie, corona ondersteuningspremie of Vlaams Beschermingsmechanisme (periode augustus-september 2020);
- de ondernemingen die op 1 oktober 2020 nog niet opgestart waren en niet beschikten over een actieve exploitatiezetel in het Vlaamse Gewest overeenkomstig de KBO.
Omzetdaling
Omzetdaling 60%
Je moet als onderneming een omzetdaling van minstens 60% hebben ten gevolge van vermelde exploitatiebeperkingen door de coronamaatregelen in:
- ofwel de periode van 1 oktober tot en met 15 november 2020
- ofwel de periode van 19 oktober tot en met 15 november 2020
De referentieperiode zijn de overeenkomstige maanden in 2019.
De omzetdaling is de daling van de omzet (excl. btw) ingevolge verminderde prestaties door door de vermelde exploitatiebeperkingen, dus niet door uitgestelde facturatie. De omzetdaling wordt aangetoond op basis van een van volgende elementen:
- dagontvangsten
- geleverde prestaties
- tijdsregistratie
Ondernemingen die verplicht werden te sluiten dienen de exploitatiebeperking niet te motiveren in de aanvraag.
Je had een zeer lage omzet in de referentieperiode?
Als je een abnormaal lage omzet realiseerde door bijvoorbeeld zwangerschapsverlof of arbeidsongeschiktheid, dan mag je de periode vervangen door een andere referentieperiode. In je aanvraag moet je wel motiveren waarom je voor een andere referentieperiode kiest.
Je bent een startende onderneming?
Dan vergelijk je de gerealiseerde omzet in 2020 met de verwachte omzet uit je financieel plan voor diezelfde periode. Startende ondernemingen die geen financieel plan moesten neerleggen bij opstart (bv. eenmanszaken) moeten een financieel plan opstellen om de lagere omzet te verantwoorden.
Hoe kunnen ondernemingen die werken met het forfaitair btw-stelsel hun omzetdaling aantonen?
Ondernemingen die werken met het forfaitair btw-stelsel moeten een geraamde omzet opgeven. Deze raming wordt gemaakt op basis van de aankoopborderellen, aankoopfacturen, uurtarieven. Je vindt op deze webpagina meer informatie over welke ondernemingen met het forfaitair btw-stelsel kunnen werken.
Bewijsstukken die we kunnen opvragen ter controle van deze geraamde omzet zijn dezelfde bewijsstukken die moeten bijgehouden worden voor de FOD Financiën.
Omzetdaling door andere reden dan corona?
Ondernemingen die een verminderde omzet hebben die niet het gevolg is van de coronamaatregelen opgelegd door het Overlegcomité vanaf 6 en 16 oktober 2020 inzake het coronavirus en de daaruit voortvloeiende maatregelen van de bevoegde autoriteiten inzake burgerlijke veiligheid komen niet in aanmerking voor deze steun.
Omvang steun
Ondernemingen en zelfstandigen in hoofdberoep of gelijkgesteld
De premie bedraagt 10% van de omzet, excl. btw, in:
- ofwel de periode van 1 oktober tot en met 15 november 2019
- ofwel de periode van 19 oktober tot en met 15 november 2019
- ofwel de periode in 2019 die overeenstemt met de eerste verplichte sluitingsdag tot en met 15 november 2019
De maximale steun bedraagt:
- voor de periode 1 oktober tot 15 november 2020:
- € 11.250 voor ondernemingen met geen tewerkstelling of een RSZ-tewerkstelling tot en met 9 werknemers
- € 22.500 voor ondernemingen vanaf 10 werknemers tot 49 werknemers
- € 60.000 voor ondernemingen met 50 werknemers of meer.
- voor de periode 19 oktober tot 18 november 2020:
- € 7.500 voor ondernemingen met geen tewerkstelling of een RSZ-tewerkstelling tot en met 9 werknemers
- € 15.000 voor ondernemingen vanaf 10 werknemers tot 49 werknemers
- € 40.000 voor ondernemingen met 50 werknemers of meer.
Er is eveneens een minimum steunbedrag voorzien van € 1.000 (periode 1 oktober tot 15 november 2020) en € 600 (periode 19 oktober tot 15 november 2020).
De minimum en maximum steunbedragen voor gesloten sectoren worden geprorateerd. Een lijst van die gesloten sectoren met de toepasselijke minimum en maximum steunbedragen kan je hier raadplegen.
Zelfstandigen in bijberoep
Voor een zelfstandige in bijberoep die in 2019 een beroepsinkomen had tussen € 6.996,89 en € 13.993,78 en als loontrekkende niet 80% of meer is tewerkgesteld, wordt de subsidie gehalveerd in vergelijking met zelfstandigen in hoofdberoep.
Toekenning op ondernemingsniveau
De steun wordt toegekend op ondernemingsniveau. Dit betekent dat ondernemingen met toegestane en gesloten activiteiten of vestigingen enkel als verplicht gesloten wordt beschouwd als ze hun omzet halen uit de gesloten hoofdactiviteit. De hoofdactiviteit is de activiteit die meer dan 50% van de omzet genereert.
Beperkingen
Ondernemingen die exploitant zijn van een inrichting waar regelmatig maaltijden worden verbruikt of een traiteurszaak, die regelmatig cateringdiensten verricht, krijgt eveneens een subsidie van 10% van de omzet, excl. btw, maar dan wordt het steunbedrag beperkt tot maximum € 2.250 als men niet beschikt over een zogenaamde witte kassa.
Enkel steun als je zaak open is
De steun is er voor de ondernemingen die door de beperkende coronamaatregelen, opgelegd door het Overlegcomité, open zijn (tenzij sluiting jaarlijkse vakantieperiode).
De steun is er uiteraard ook voor de ondernemingen die verplicht hun zaak moesten sluiten door deze maatregelen.
De-minimis
Deze maatregel valt onder de toepassing van de Europese de-minimis-regelgeving. Hierdoor mag de de-minimissteun aan bedrijven over drie jaar gespreid niet meer dan € 200.000 bedragen. Voor meer info zie Veelgestelde vragen: De-minimis.
Aanvraagprocedure
Aanvraag vanaf 16 november tot 31 december 2020
De aanvraag moet online ingediend worden uiterlijk op 31 december 2020 om 15 uur. De online-aanvraag is mogelijk sinds 16 november 2020 op www.vlaio.be/nl/subsidies-financiering/nieuw-vlaams-beschermingsmechanisme.
Per onderneming dien je één aanvraag in.
Lees aandachtig de handleiding vooraleer je de aanvraag indient!
Belangrijk: Motivering omzetdaling
Bij de aanvraag zal de onderneming de link moeten leggen dat de omzetdaling het direct of indirect een gevolg is van de coronamaatregelen. De link leggen tussen de maatregelen die moeten nageleefd worden en de gevolgen hiervan op de beroepsuitoefening moet als volgt worden gemotiveerd:
- over welke coronamaatregel vanaf 6 oktober gaat het. Check hiervoor www.info-coronavirus.be/nl/faq/;
- en hoe deze coronamaatregel vanaf 6 oktober de normale uitoefening van de beroepsactiviteit onmogelijk maakt.
Ondernemingen die verplicht werden te sluiten dienen de exploitatiebeperking niet te motiveren in de aanvraag.
Verklaring op eer
Bij elke aanvraag moet er een verklaring op eer worden ondertekend. Elke valse verklaring is een inbreuk tegen de wetgeving en zal gesanctioneerd worden.
Je dient de bewijsstukken voor een controle gedurende 5 jaar bij te houden.
Uitbetalingsprocedure
Beslissing wordt verstuurd per email
VLAIO zal de aanvraag onderzoeken en toetst hierbij de naleving van de voorwaarden af, opgelegd door de regelgeving, en beslist of de subsidie wordt toegekend. Deze beslissing wordt per e-mail meegedeeld aan de onderneming.
Automatische betaling na goedkeuring
De uitbetaling van de premie gebeurt automatisch na goedkeuring van de aanvraag door VLAIO en enkel op een Belgisch rekeningnummer van de begunstigde onderneming.
Controle
Er worden controles uitgevoerd. Dit kan tot 5 jaar na de toekenning van de steun. Indien uit een controle door VLAIO na steuntoekenning blijkt dat de omzetdaling van 60% niet gehaald werd of aan één van de andere voorwaarden opgelegd in deze regelgeving niet werd voldaan, moet de onderneming de uitbetaalde steun aan VLAIO terugbetalen.
Cumulering
Deze steun kan gecumuleerd worden met de corona-lening van PMV, ook voor leningen groter dan € 75.000.
Deze steun kan ook worden gecumuleerd met de federale steun, zoals het Overbruggingsrecht voor zelfstandigen.
Vrijgesteld van belasting
De steunmaatregelen die de gemeenschappen en gewesten nemen in het kader van de coronacrisis zijn belastingvrij in de personen- en vennootschapsbelasting. Ook deze premie valt hieronder. Meer informatie kan je terugvinden op de Vlaio website: Veelgestelde vragen: Welke subsidies worden er vrijgesteld van belasting.
Contact
Je kan op de website ook een FAQ rubriek terugvinden.