Wanneer je een zelfstandige bijberoep uitoefent en je wordt werkloos in je andere hoofdactiviteit, dan zijn er verschillende mogelijkheden.

Je krijgt een opzegvergoeding 

Tijdens de opzeggingstermijn lever je, nadat je ontslagen werd als werknemer, nog prestaties gedurende een bepaalde periode waarvoor je nog loon ontvangt. In tegenstelling tot de opzeggingstermijn lever je in het geval van een verbrekingsvergoeding geen prestaties meer nadat je ontslagen werd maar ontvang je wel nog een vergoeding. Deze vergoeding is gelijk aan het loon dat overeenkomt met de periode van de normale opzeggingstermijn of met het resterend gedeelte ervan. 

Start je een zelfstandige activiteit tijdens de opzegperiode of tijdens de periode waar de verbrekingsvergoeding betrekking op heeft, dan kan je starten als zelfstandige in bijberoep mits je de periode voorafgaand aan je ontslag voldoet aan de algemene voorwaarden om als zelfstandige in bijberoep aanzien te kunnen worden. 

Je oefent een zelfstandige bijberoep uit en wordt uitkeringsgerechtigd werkloos

In dit geval zijn er twee mogelijkheden.

De eerste mogelijkheid is dat je een aanvraag indient voor het voordeel Springplank naar Zelfstandige. Je wordt tijdens dit traject beschouwd als een zelfstandige in bijberoep. Je krijgt met deze maatregel de mogelijkheid om te bekijken of je van je zelfstandige activiteit in de toekomst je hoofdberoep kan maken. In het kader van het voordeel "Springplank naar zelfstandige" mag je de inkomsten van de uitgeoefende activiteit cumuleren met de uitkeringen, maar in beperkte mate. Meer informatie over de voorwaarden en procedure vind je op de website van RVA. 

De tweede mogelijkheid is dat je gebruik maakt van de gewone regeling voor het verderzetten van bepaalde activiteiten tijdens werkloosheid. In dat geval moet je rekening houden met de volgende richtlijnen:

1. Je combineerde je zelfstandig bijberoep met een job als werknemer, gedurende ten minste 3 maanden voorafgaand aan je aanvraag van de werkloosheidsuitkering. Deze periode van 3 maanden wordt verlengd met de periodes van ziekte of tijdelijke werkloosheid.
2. Je moet het bijberoep aangeven op het ogenblik van de aanvraag van de werkloosheidsuitkering. 
3. Als je je zelfstandige activiteit uitoefent van maandag tot vrijdag tussen 7 en 18 uur., dan verlies je je uitkering voor die dag. 
4. Sommige activiteiten zijn verboden tijdens de werkloosheid, tenzij de activiteit 'van gering belang' is (vraag dit steeds na bij het werkloosheidsbureau):
   1. een beroep dat alleen na 18 uur wordt uitgeoefend (bv. nachtwaker),
   2. de activiteiten die verboden zijn volgens de wet van 6 april 1960 (betreffende de uitvoering van bouwwerken): meer info bij je uitbetalingsinstelling,
   3. activiteiten in de horecasector (hotels, restaurants en drankgelegenheden); van leurder, reiziger (verkoop van goederen aan huis of op markten); van verzekeringsagent of -makelaar.

Vraag altijd aan je werkloosheidsbureau of je aan de voorwaarden voldoet om bijberoep en werkloosheidsuitkeringen te combineren! Voldoe je niet aan de voorwaarden, dan kan je je uitkering verliezen en zal je bijberoep als een hoofdberoep beschouwd worden. Ook wanneer de aard van het bijberoep door hoge inkomsten of een aanzienlijke besteding van arbeidsuren niet meer wordt gezien als een bijberoep, kan je uitkering vervallen. Meer informatie kan je vinden bij RVA. 

Artistieke activiteiten zijn onderworpen aan bijzondere regels. De specifieke uitleg voor de audiovisuele of beeldende kunsten, de muziek, de literatuur, de podiumkunsten, het theater of de choreografie vind je terug in het infoblad T191 van de RVA.

Je oefent een zelfstandig bijberoep uit en wordt werkloos zonder een vervangingsinkomen

Je zal dan beschouwd worden als een zelfstandige in hoofdberoep. Breng direct je sociaal verzekeringsfonds op de hoogte van de wijziging in je situatie en bekijk of je een beroep kan doen op verlaging van je sociale bijdragen voor starters in hoofdberoep.