Innovatieve technologieën maken werk werkbaarder
Werk werkbaarder maken
Het hebben van een werkbare job is een belangrijk factor om mensen duurzaam aan de slag te houden of krijgen. De Vlaamse Regering investeert daarom in innovatieve technologieën om werknemers en bedrijven hierin meer en beter te ondersteunen. De belangrijkste drempels voor Vlaamse werknemers in de industriesector om aan de slag te blijven, zijn een hoge werkdruk, fysieke belasting en ééntonigheid van werk, zo blijkt uit onderzoek van het HIVA-Onderzoeksinstituut (KU Leuven) werd uitgevoerd. Heel wat arbeiders moeten werken onder tijdsdruk en aan een hoog tempo. Bovendien ervaren ze vaak fysiek zware belasting, die vooral ouderen treft omdat zij minder mogelijkheden hebben om nog van job te veranderen. Sommige jobs bieden verder weinig taakvariatie en worden als eentonig ervaren.
Ongeveer de helft van de werknemers uit de Vlaamse industrie heeft volgens de laatste Vlaamse Werkbaarheidsmonitor (2019) nu al werkbaar werk, dat wil zeggen dat ze niet in ernstige mate te maken krijgen de vermelde knelpunten. Met de proeftuin willen we het aantal werkbare jobs in de industrie helpen verhogen.
Industrie 4.0-proeftuin 'Technologie voor 'Werkbaar werk'
Met de industrie 4.0-proeftuin ‘Technologie voor Werkbaar werk’, die in 2022 op initiatief van Vlaams minister van Werk en Innovatie Jo Brouns door VLAIO gelanceerd werd, wordt state-of-the-art innovatieve technologie ingezet om het werk zowel fysiek als mentaal werkbaarder de maken. Het gaat onder andere over digitale werkinstructies, exoskeletten, virtual reality en augmented reality. Dit soort technologieën bieden daarnaast ook kansen aan mensen die om fysieke of mentale redenen een afstand ervaren tot de arbeidsmarkt (terug) naar de arbeidsmarkt toe te leiden.
Deze proeftuin is een samenwerking tussen Sirris, Flanders Make en zijn core labo’s aan UHasselt (EDM) en VUB (R&MM), imec-IDLab-UGent, imec-SMIT-VUB en het HIVA-Onderzoeksinsituut voor Arbeid en Samenleving (KU Leuven). Het voorbije jaar werkten ze samen technologie-demo’s uit die leidden tot ondersteuningsmiddelen voor de mentale, fysieke en organisatorische noden van specifieke doelgroepen op de arbeidsmarkt.
Exoskeletten als overalls
Om dit te illustreren werd vandaag het leerwerkbedrijf 'Open Atelier' in Pelt omgebouwd tot een demozaal die de meest moderne innovaties samenbrengt. Er werden onder andere exoskeletten gedemonstreerd die het werk letterlijk lichter maken door fysieke belasting op een werknemer weg te nemen. Er waren ook co-bots, robotische armen die als het ware als collega naast werknemers staan en de nodige ondersteuning kunnen bieden op de werkvloer. Een dashboardsysteem dat elke stap van een proces kent, in beeld kan brengen en real-time kan opvolgen zorgt ervoor dat werknemers nooit een stap in een proces kunnen missen. Augmented Reality kan dan weer poetshulp bieden door onzichtbaar vuil in te kleuren, om zo het verschil tussen propere en vuile oppervlakten duidelijk te maken.
Deze en nog andere tentoongestelde technologieën bieden innovatieve oplossingen voor de uitdagingen die werknemers in de maakindustrie vandaag ervaren. Zo biedt deze proeftuin concrete voorbeelden aan aan de brede sector van de maakindustrie die het werk meer werkbaar kunnen maken.
Tien persona’s voor 800 bedrijven
Via de proeftuin leren bedrijven hoe ze de grootste uitdagingen van hun arbeiders kunnen aanpakken door een combinatie van nieuwe technologieën en ingrepen op organisatorisch vlak, zoals de inrichting van de werkplaats. Om de communicatie naar bedrijven te ondersteunen, werden door HIVA in nauwe samenspraak met betrokkenen uit de industrie tien persona’s uitgewerkt. Dit zijn typische profielen van arbeiders die elk een specifieke doelgroep vertegenwoordigen. Zo is er bijvoorbeeld Charlie, een technieker van 48 jaar in een metaalbewerkingsbedrijf die fysieke hinder ondervindt bij het uitvoeren van onderhoudswerken; of Kai, een 33-jarige maatwerkarbeider van die ondanks inspanningen van het bedrijf regelmatig hulp nodig heeft bij het uitvoeren van taken. Deze persona’s moeten helpen om het gesprek aan te gaan met bedrijven uit de brede maakindustrie, inclusief de bouw en logistiek.
Het voorbije jaar namen al 144 bedrijven deel aan sensibiliseringsacties van de proeftuin. Het is de ambitie van de projectpartners om tegen eind 2024 750 bedrijven diepgaand te inspireren, en nog eens 50 bedrijven concreet op weg te helpen naar een actieplan rond werkbaar werk.
Het project is goed voor 2,4 miljoen euro aan VLAIO-steun, verspreid over drie jaar.
Wat zijn de industrie 4.0-proeftuinen?
In Vlaanderen trekt VLAIO het transitiebeleid rond industrie 4.0, de omschakeling naar een digitale, geconnecteerde maakindustrie. De industrie 4.0-proeftuinen zijn één van de acties waarmee we bedrijven op weg helpen richting meer datagedreven processen, producten en diensten.
De proeftuinen laten aan de hand van demo’s zien hoe maakbedrijven in uiteenlopende sectoren – van landbouw over logistiek tot chemische industrie – hun processen kunnen optimaliseren met behulp van geavanceerde technologieën.
De eerste 17 proeftuinen, opgestart in 2018 en 2019 door een uitgebreid netwerk van kennisinstellingen, clusterorganisaties en sectorfederaties, hebben al geresulteerd in ruim 140 technologie-demo’s, meer dan 1000 adviesgesprekken en een 250-tal implementaties op de werkvloer.
Kijk op vlaio.be/industrie40 voor meer achtergrond en een overzicht van alle proeftuinen.
In de pers
Het bezoek aan de proeftuin verscheen in de pers: