Voorwaarden om in aanmerking te komen voor de energiesteun
Update 9 december 2022
Algemene voorwaarden
Energiesteun kan worden aangevraagd door ondernemingen die voldoen aan de volgende voorwaarden.
De onderneming:
- is een natuurlijk persoon die zelfstandig een beroepsactiviteit uitoefent, een vennootschap, vereniging of stichting met rechtspersoonlijkheid van privaat recht of een buitenlandse onderneming met een vergelijkbaar statuut met minstens één werkende vennoot of een personeelslid ingeschreven bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (RSZ). De vereniging en de stichting moeten een commerciële activiteit uitoefenen en minstens één personeelslid ingeschreven hebben bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (RSZ)
- is uiterlijk op 1 oktober 2021 opgestart, zoals vermeld in de Kruispuntbank van Ondernemingen (KBO)
- heeft uiterlijk op 1 oktober 2021 een actieve exploitatiezetel in het Vlaamse Gewest, zoals opgenomen in de Kruispuntbank van Ondernemingen (KBO)
- had in de periode van 1 januari 2021 tot en met 31 december 2021, minstens € 7.500 aan kosten voor gas en elektriciteit in haar Vlaamse vestigingen. (Indien de onderneming werd opgericht tussen 1 januari 2021 en 30 september 2021 worden de minimale energie-uitgaven pro rata berekend voor het kalenderjaar 2021.)
- heeft een operationeel verlies geleden in het vierde kwartaal van 2022
Wat is het operationeel verlies ?
Het operationeel verlies van de onderneming is gedefinieerd als de negatieve EBITDA.
De EBITDA zijn de inkomsten vóór aftrek van rente, belastingen, afschrijvingen en amortisatie met uitzondering van éénmalige bijzondere waardeverminderingen.
Het operationeel verlies wordt geattesteerd door een door ITAA erkende externe accountant, een bedrijfsrevisor of een gecertificeerde accountant bij de uitbetalingsaanvraag.
Steun aanvragen voor één of meerdere Vlaamse bedrijfstakken
Een energie-intensieve onderneming, die geen operationeel verlies heeft in het vierde kwartaal van 2022, kan steun aanvragen voor één of meerdere Vlaamse bedrijfstakken van de onderneming.
De bedrijfstak komt enkel in aanmerking als hij voldoet aan volgende voorwaarden:
- de onderneming heeft een daling van de EBITDA van minstens 40% in het vierde kwartaal van 2022 ten opzichte van één vierde van de EBITDA van het kalenderjaar 2021. Indien de onderneming werd opgericht tussen 1 januari 2021 en 30 september 2021 worden de EBITDA pro rata berekend voor het kalenderjaar 2021.
- de onderneming heeft een omzet van minstens € 40 miljoen in het kalenderjaar 2021
- elke betrokken bedrijfstak heeft uiterlijk op 1 oktober 2021 actieve vestigingen in het Vlaamse Gewest volgens de Kruispuntbank van Ondernemingen
- elke betrokken bedrijfstak heeft een omzet van minstens € 20 miljoen in het kalenderjaar 2021
- elke betrokken bedrijfstak heeft een operationeel verlies in het vierde kwartaal van 2022
Een onderneming wordt als energie-intensief beschouwd indien het totaal van de energiekosten voor gas en elektriciteit, inclusief alle kosten en heffingen (uitgezonderd de btw), in 2021 meer dan 3% bedroeg van de omzet in dat jaar. De energie-intensiteit wordt bepaald op basis van de omzet en het energieverbruik van de onderneming in zijn geheel.
De volgende ondernemingen zijn uitgesloten
- ondernemingen die zich in een niet-actieve rechtstoestand bevinden ingevolge faillissement, vereffening, stopzetting of ontbinding
- ondernemingen die zowel in het boekjaar 2019 als het boekjaar 2021 een negatief eigen vermogen hadden
- kredietinstellingen en de financiële instellingen die onder toezicht vallen van de Nationale Bank van België
- ondernemingen waar een administratieve overheid, als vermeld in artikel 14 van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, of een buitenlandse vergelijkbare administratieve overheid, over een dominerende invloed beschikt
- ondernemingen die als hoofdactiviteit elektriciteits- of warmteproductie (NACE-codes 35.1 of 35.3) uitoefenen. Onder hoofdactiviteit wordt verstaan de activiteit die is opgenomen als activiteit in de Kruispuntbank van Ondernemingen onder de RSZ- of btw-NACE-code en die meer dan 50% van de omzet van 2021 vertegenwoordigt.
- ondernemingen die op het moment van de steunaanvraag een insolventieprocedure hebben lopen of gedagvaard zijn door de RSZ zoals vermeld in de VKBO
- ondernemingen die een openstaande onbetwiste schuld hebben bij het Agentschap Innoveren & Ondernemen (VLAIO) of het Fonds voor Innoveren en Ondernemen
- ondernemingen die voor dezelfde steunperiode een andere steun onder de vorm van subsidies ontvangen van de Vlaamse overheid als tegemoetkoming voor sterk verhoogde energiekosten
Bijkomende voorwaarden
Dividend uitkeren
Een onderneming die energiesteun aanvraagt mag in de periode van 1 oktober 2022 tot en met 31 december 2023 geen dividend uitkeren. Verkiest ze toch dividenden uit te keren, dan zal ze de ontvangen energiesteun integraal moeten terugbetalen.
Tijdelijke werkloosheid
Ondernemingen komen enkel in aanmerking voor steun indien zij in het vierde kwartaal van 2022 niet meer dan 35% van het op 30 september 2022 bij de RSZ ingeschreven personeel (in koppen) omwille van de energiecrisis op tijdelijke werkloosheid heeft gezet. Als kop op tijdelijke werkloosheid wordt beschouwd het personeelslid dat iedere maand van de steunperiode 10 werkdagen of meer op tijdelijke werkloosheid werd gezet.
Deze voorwaarde is niet van toepassing indien de onderneming kan aantonen dat het op tijdelijke werkloosheid plaatsen van personeel te wijten is aan externe omstandigheden en niet aan de stijgende energieprijzen. Deze voorwaarde is ook niet van toepassing op ondernemingen met een maximale tewerkstelling van 10 personen op basis van de laatst beschikbare RSZ-personeelsklasse in de VKBO.
Gevestigd blijven in het Vlaamse Gewest
De steun kan enkel behouden blijven indien de vestigingen van de onderneming, op basis waarvan de in aanmerking komende meerkost wordt berekend, gedurende vijf jaar na de uiterste indieningsdatum actief blijven in het Vlaamse Gewest. Ingeval van een adreswijziging binnen het Vlaamse Gewest loopt de periode van vijf jaar door.
Energiebeleidsovereenkomsten
Deze voorwaarde is van toepassing op de ongeveer 500 grootste energieverbruikers binnen Vlaanderen.
De onderneming die voor minstens één vestiging behoort tot het toepassingsgebied van een energiebeleidsovereenkomst (EBO) van 4 april 2014 komt enkel in aanmerking voor steun als alle vestigingen van de onderneming die behoren tot het toepassingsgebied van deze energiebeleidsovereenkomst uiterlijk op 1 oktober 2022 zijn toegetreden tot deze energiebeleidsovereenkomst en de voorwaarden ervan naleven.
De onderneming die voor minstens één vestiging behoort tot het toepassingsgebied van een energiebeleidsovereenkomst van 10 november 2022 komt enkel in aanmerking voor steun als alle vestigingen van de onderneming die behoren tot het toepassingsgebied van deze energiebeleidsovereenkomst tot deze energiebeleidsovereenkomst toetreden en de voorwaarden ervan naleven gedurende de volledige looptijd ervan.
Cumulbepalingen
Strategische Transformatiesteun
De energiesteun is niet cumuleerbaar met Strategische Transformatiesteun aangevraagd in 2023. Ondernemingen kunnen in 2023 een STS-aanvraag indienen, maar deze wordt niet behandeld zolang de energiesteunaanvraag in behandeling is. Indien de aanvragende onderneming energiesteun ontvangt, wordt de STS-aanvraag onontvankelijk verklaard.
Voor Superstrategische Transformatiesteun, die steeds door de Vlaamse Regering beoordeeld moet worden, geldt een uitzondering.
kmo-groeisubsidie
De energiesteun is beperkt cumuleerbaar met steun in het kader van de kmo-groeisubsidie. Ondernemingen kunnen een kmo-groeisubsidie aanvragen, maar deze wordt niet behandeld zolang de energiesteunaanvraag in behandeling is. Vanaf de start van de steunperiode tot 12 maanden na het verlopen van de laatste steunperiode, wordt het ontvangen energiesteunbedrag in mindering gebracht van het maximale steunbedrag onder de kmo-groeisubsidie.
Een subsidie verleend door de Vlaamse overheid als tegemoetkoming voor sterk verhoogde energiekosten
De energiesteun is niet cumuleerbaar met een subsidie als tegemoetkoming voor de sterk verhoogde energiekosten door een ander Vlaams agentschap of overheidsinstelling. Indien bij de uitbetalingsaanvraag blijkt dat de aanvrager ook een andere subsidie heeft aangevraagd zal de onderneming moeten kenbaar maken of ze voor de energiesteun kiest of voor voormelde subsidie.
Overbruggingslening Oekraïne
De energiesteun is wel verenigbaar met de Overbruggingslening Oekraïne.