Belastingvrijstelling voor octrooi-inkomsten
Samengevat
Wat houdt de maatregel in
Vanaf aanslagjaar 2008 kon 80% van de inkomsten uit octrooien worden vrijgesteld van belasting. Twee categorieën van inkomsten uit octrooien kwamen in aanmerking voor vrijstelling: vergoedingen voor licenties én vergoedingen begrepen in de verkoopprijs van goederen of diensten van de vennootschap.
Wie komt in aanmerking
Binnenlandse vennootschappen en de Belgische inrichtingen van buitenlandse vennootschappen kunnen van deze vrijstelling gebruik maken. Het bestaan van een onderzoekscentrum in België of in het buitenland is vereist, uitgezonderd voor kleine ondernemingen.
Kleine ondernemingen zijn vennootschappen met rechtspersoonlijkheid die voor het laatst en voorlaatst afgesloten boekjaar een jaargemiddeld personeelsbestand hebben van minder dan 100 werknemers en niet meer dan één van de volgende criteria overschrijden:
- jaargemiddelde van het personeelsbestand: 50;
- jaaromzet (excl. btw): € 7.300.000;
- balanstotaal: € 3.650.000.
Vzw’s komen niet in aanmerking voor deze maatregel.
Aanvraagprocedure
De vennootschap kan de octrooiaftrek (80% van de octrooi-inkomsten) aftrekken van de belastbare basis. Deze octrooiaftrek vindt plaats na de DBI-aftrek en voor de notionele interestaftrek, de aftrek van vorige verliezen en de investeringsaftrek.
De vennootschap moet de octrooiaftrek rechtvaardigen in een opgave die bij de aangifte moet worden gevoegd. Wanneer er onduidelijkheid bestaat rond het bedrag van de octrooi-inkomsten kan men een fiscale ruling aanvragen bij de “Dienst voorafgaande beslissingen in fiscale zaken”.
Contact