Aan welke voorwaarden moeten projecten voldoen?
Projectvoorstellen moeten ontvankelijk en gegrond zijn om in aanmerking te komen voor een subsidie. Een dossier is ontvankelijk als alle gevraagde informatie effectief wordt opgeladen. Het project start uiterlijk 12 maanden na de beslissing van toekenning van de subsidie en duurt drie opeenvolgende werkingsjaren.
Voor de drie projecttypen worden verschillende gegrondheidscriteria gebruikt:
- projecttype Verweefcoaching: aanwezigheid in de kern van bedrijven die in hun activiteiten bedreigd worden omwille van problemen met goed nabuurschap én waar verweefcoaching een oplossing kan bieden
- projecttype Leegstandsbeheer: aanwezigheid leegstaande bedrijfsruimten in de kern die moeilijk herinvulling kennen, en anderzijds potentieel aan ruimtezoekende ondernemingen die in aanmerking komen voor vestiging op een verweven werklocatie
- projecttype Projectregie: aanwezigheid van leegstaande bedrijfssites in het woonwerkweefsel waarbij de gemeente minstens één hefboom in handen heeft om de herinvulling van deze bedrijfssite met werklocaties te sturen en waarbij projectregie een kritieke succesfactor is.
Daarnaast dient de projectbegroting gebaseerd te zijn op een periode van 3 werkingsjaren met een eigen of uitbestede personeelsinzet van minimum 0,6 VTE.
De projecten worden gerangschikt volgens prioriteitscriteria.
De prioriteit wordt beoordeeld door een jury op basis van:
- de doelmatigheid van het projectvoorstel, te begrijpen als de verhouding van de ingezette middelen t.o.v. het verwachte resultaat van het project;
- de complementariteit en additionaliteit ten opzichte van het bestaande verwevingsbeleid.
Deze criteria worden gescoord met 1=onvoldoende, 2=goed, 3= zeer goed. Om gunstig gerangschikt te kunnen worden, moeten minimum 4 punten behaald worden.
De score van een projectvoorstel vormt de basis van het advies aan de minister om een project al dan niet een subsidie toe te kennen.
Veelgestelde vragen
Er is al een samenwerking met een leegstandsbeheerorganisatie. Komt deze bestaande samenwerking in aanmerking voor een subsidie?
De projectaanvraag dient complementair en additioneel te zijn ten opzichte van de bestaande werking. Enkel bijkomende initiatieven die worden opgezet door de leegstandsbeheerorganisatie kunnen in aanmerking komen. Bij de projectomschrijving dient een correct onderscheid te worden aangegeven van de bestaande werking en de extra initiatieven.
Er is al een verweefcoach aangesteld (al dan niet via een voorgaande oproep gesubsidieerd). Komen deze personeelskosten in aanmerking voor een subsidie?
Louter de verlenging van de werking van een verweefcoach kan maximum 2 punten scoren op het prioriteitscriterium m.b.t. de complementariteit en de additionaliteit. De motivatienota geeft aan wat de rol is geweest van de al bestaande verweefcoach en hoe die rol kan evolueren in relatie tot andere maatregelen rond verweven werklocaties. Bedenk dat bij de vorige oproep verondersteld werd dat de praktijk van verweefcoaching naderhand ingebed zou geweest zijn binnen de gemeentediensten.
Wat wordt bedoeld met de ‘kern’ en het ‘woonwerkweefsel’?
We doelen hiermee op min of meer ruimtelijk samenhangende en af te bakenen zone van gebouwen voor wonen en werken en de ermee gepaard gaande infrastructuren en ondersteunende functies, waaronder ook groene ruimten. Deze situeren zich zowel binnen een (groot)stedelijke als een landelijke context en gaan ruimer dan de (kern)winkelgebieden.
Wat wordt bedoeld met ‘verweven werklocaties’?
Hiermee doelen we zowel op vormen van bedrijfshuisvesting, omgeven door andere functies als op gemengde projecten (qua functies) op één site en dit ongeacht de juridische bestemming. In stedelijke omgeving kunnen verschillende functies naast elkaar bestaan, maar onder druk van de vastgoedlogica vinden (teveel) transformaties naar residentiële functies plaats, ook op zogeheten ‘paarse sproeten’ (waar dan een bestemmingswijziging aan dient vooraf te gaan).
Deze locaties kunnen ingezet worden voor verweefbare bedrijvigheid, zodat de ruimte op bedrijventerreinen gevrijwaard kan worden voor bedrijven die omwille van hinder door hun activiteiten of mobiliteitsimpact niet in het woonwerkweefsel thuishoren.
Kan een gemeente een aanvraag indienen voor meerdere projecten of verschillende projecttypes?
Ja, dat is mogelijk, maar de subsidie is beperkt tot € 200.000 per gemeente. De aanvraag dient ook uitgesplitst te worden per projecttype. Er wordt dan best verwezen naar de verschillende aanvragen waarbij wordt aangegeven op welke manier deze elkaar versterken. Het moet ook de intentie blijven dat onder meer de verweefcoach en de projectregisseur voldoende tijd en mogelijkheden hebben er een substantiële taakinhoud aan te koppelen. Opsplitsing van het budget met meerdere neventaken tot gevolg, is uit den boze. Maar als een gemeente de combinatie wil maken door voor een van de projecttypes zelf een groter deel te financieren, dan is dat mogelijk.