Veel gestelde vragen in verband met het Vlaams beschermingsmechanisme 10
Hoe kan ik de status van mijn aanvraag raadplegen?
Je kan zelf de status van je aanvraag raadplegen door terug in te loggen via het E-loket door middel van je digitale sleutel zoals e-ID of de itsme-app.
Wat moet ik doen wanneer ik een fout maakte bij het invullen van de aanvraag?
De aanvraag kan niet geannuleerd worden als die reeds goedgekeurd werd en je de goedkeuringsmail ontvangen hebt. In dat geval moet je een mail met de correcte aan te passen gegevens sturen naar coronacompensatiepremie@vlaio.be, met als kenmerk VB10_correctie en vermelding van het dossiernummer.
Welke tewerkstellingscijfers worden gebruikt bij het bepalen van het maximaal steunplafond?
Alleen het aantal personeelsleden die voor je onderneming ingeschreven zijn bij de Rijkdienst voor Sociale Zekerheid (RSZ) zijn van tel. Bij de online aanvraag wordt automatisch de RSZ-personeelsklasse van je onderneming opgehaald uit de Verrijkte Kruispuntbank voor Ondernemingen (VKBO). Op dit moment beschikken we over de personeelsklasse van je onderneming van het tweede kwartaal 2020. De RSZ-personeelsklasse is gebaseerd op het aantal RSZ-ingeschreven werknemers (koppen) op de laatste dag van het betreffende kwartaal. Deze data bevatten ook de tijdelijk werklozen: zij blijven in dienst van de werkgever en worden geteld in het aantal koppen op de laatste dag van het kwartaal. Zoals wettelijk bepaald wordt op basis van deze personeelsklasse nagegaan welk maximum steunbedrag van toepassing is. Je kan in dit geval geen wijziging van je personeelsklasse aanvragen.
Indien bij het indienen van je aanvraag de RSZ-personeelsklasse van je onderneming niet gekend is in de VKBO (in geval van een startende onderneming bijvoorbeeld) dan zal je zelf moeten aanduiden hoeveel personeelsleden (koppen), RSZ-ingeschreven in je onderneming, je tewerkstelt in je onderneming op het moment van de aanvraag.
Welk omzetcijfer moet ik invullen uit mijn btw-aangifte?
De steun wordt berekend op het omzetcijfer ZONDER btw uit geleverde prestaties van de periode van 1 juli 2019 tot en met 30 september 2019. In de aanvraag zal je die omzet moeten invullen.
Daarnaast zal je ook het omzetcijfer exclusief btw volgens de btw-aangifte van het derde kwartaal 2019 moeten invullen.
Ook het omzetcijfer ZONDER btw uit geleverde uit geleverde prestaties van de periode van 1 juli 2021 tot en met 30 september 2021 en het omzetcijfer exclusief btw volgens de btw-aangifte van het derde kwartaal 2021 zal je moeten invullen.
De btw-aangifte bevat volgende gegevens in het kader “Uitgaande handelingen”. De totale omzet bestaat uit alle volgende vermelde codes:
- Code 00: Omzet onderworpen aan een bijzondere regeling waarbij geen btw verschuldigd is.
- Code 01, 02, 03: alle uitgaande facturen waarbij btw wordt aangerekend en waarbij je de btw moet doorstorten aan de Staat. Afhankelijk van het toepasselijk btw-tarief zijn er drie roosters voorzien: 01 btw-tarief van 6%, 02 btw-tarief van 12% en 03 btw-tarief van 21%
- Code 44: Bevat de maatstaf van heffing van de diensten die aan een belastingplichtige in een andere lidstaat worden verstrekt, waarbij deze belastingplichtige btw is verschuldigd (tenzij dit door de wetgeving in die lidstaat werd vrijgesteld)
- Code 45: Omzet op van de in België verrichte handelingen waarbij het de medecontractant is die de belasting aan de Staat moet betalen
- Code 46: Omzet van alle facturen waarop vermeld wordt dat de Belgische btw niet van toepassing is ingevolge artikel 39bis
- Code 47: Wanneer het derde land geen EU-land is, wordt de omzet niet opgenomen in code 46 maar in code 47.
- Code 48: Het bedrag van de uitgereikte creditnota’s, negatieve berekeningen en materiële fouten die de bedragen in de roosters 44 en 46 negatief beïnvloeden.
- Code 49: Uitgereikte creditnota’s en negatieve berekeningen die invloed hebben op de andere uitgaande handelingen.
Tel de bedragen van code 00 tot en met code 47 samen en trek daar de bedragen van code 48 en 49 af. Vul de bekomen bedragen in de vakken “omzet (zonder btw) uit je btw-aangifte van het derde kwartaal van 2019” en "omzet (zonder btw) uit je btw-aangifte van het derde kwartaal 2021" in.
Hoe worden voorschotten meegenomen in de bepaling van de omzetdaling?
Voorschotten met betrekking tot de omzet uit eigen geleverde prestaties mogen pas als omzet geteld worden op het moment dat de prestatie gebeurt.
Indien het voorschot betaald werd vóór de referteperiode en de prestatie werd geleverd in de periode van 1 juli tot en met 30 september 2019, dan dient het voorschot meegeteld te worden in het omzetcijfer van de periode van 1 juli tot en met 30 september 2019.
Indien het voorschot betaald werd vóór de referteperiode of tijdens de referteperiode en de prestatie kon niet geleverd worden in de periode van 1 juli tot en met 30 september 2019, dan mag dit voorschot niet meegenomen worden in het omzetcijfer van de periode van 1 juli tot en met 30 september 2019.
Indien het voorschot betaald werd vóór de subsidieperiode en de prestatie werd geleverd in de periode van 1 juli tot en met 30 september 2021, dan dient het voorschot meegeteld te worden in het omzetcijfer van periode van 1 juli tot en met 30 september 2021.
Indien het voorschot betaald werd vóór de subsidieperiode of tijdens de subsidieperiode en de prestatie kon niet geleverd worden in de periode van 1 juli tot en met 30 september 2021, dan mag dit voorschot niet meegenomen worden in het omzetcijfer van periode van 1 juli tot en met 30 september 2021.
Wanneer is een geregistreerd kassasysteem (witte kassa) verplicht?
Een witte kassa is verplicht voor iedere Belgische zaak waarvan € 25.000 of meer van de jaaromzet uit maaltijden (excl. drank en btw) komt.
“De exploitant van een inrichting waar maaltijden worden verbruikt en de traiteur die cateringdiensten verricht, moeten kastickets uitreiken met behulp van een geregistreerd kassasysteem wanneer de jaaromzet, exclusief btw, met betrekking tot de restaurant- en cateringdiensten, met uitsluiting van het verschaffen van dranken, meer bedraagt dan € 25.000 (artikel 21bis, § 1, eerste lid, van het koninklijk besluit nr. 1).”
Ondernemingen die verplicht zijn een geregistreerd kassasysteem te gebruiken en niet beschikken over een registratienummer zijn uitgesloten van steun.
Waar vind ik het registratienummer van mijn geregistreerd kassasysteem (witte kassa)?
Als je onderneming verplicht gebruik moet maken van een geregistreerd kassasysteem (witte kassa) dan zal je tijdens de aanvraagprocedure het registratienummer moeten invullen. Je vult hier de combinatie FDM serienummer – VSC kaartnummer in. Bijv. RET0532895-0456895784002 of BMC04134562-0879123456001. Beide nummers vind je terug in je profiel op de GKS-toepassing van de FOD Financiën, respectievelijk in de tabs ‘mijn toestellen’ en ‘uw vsc’.
Ondervind je moeilijkheden om ze terug te vinden? Stuur dan een mail naar secr.gksce@minfin.fed.be met de vermelding ‘Vlaams beschermingsmechanisme’ in het onderwerp.
Beschikt je onderneming over meerdere geregistreerde kassasystemen, welk registratienummer geef je dan op bij de aanvraag?
Je kan maar 1 nummer invoeren. Het maakt niet uit welk nummer je invoert.
Wat als je in de referentieperiode een abnormaal lage omzet realiseerde?
Je mag de normale referentieperiode vervangen door een andere representatieve periode van een overeenkomstig aantal dagen bij een abnormaal lage omzet als gevolg van uitzonderlijke omstandigheden. In je aanvraag moet je dan wel omstandig motiveren waarom je voor een andere referentieperiode kiest.
Wanneer mag ik een andere referentieperiode opgeven?
Slechts in uitzonderlijke gevallen mag een afwijkende referentieperiode gebruikt worden!
Je mag de referentieperiode vervangen door een andere periode van een overeenkomstig aantal dagen in geval van zwangerschapsverlof, arbeidsongeschiktheid, hinder wegenwerken, sluiting door renovatiewerken, vaderschapsverlof, mantelzorg… tijdens de normale referentieperiode in 2019.
Ook wanneer je vorig jaar zelfstandige in bijberoep was en ondertussen zelfstandige in hoofdberoep bent of wanneer je na de referentieperiode een extra vestiging opende of een bijkomende activiteit opstartte, mag je een andere relevante referentieperiode nemen om de omzetdaling aan te tonen.
Ondernemingen die niet als starter beschouwd worden (startdatum voor 1 oktober 2019) maar zich nog in een opstartfase bevinden en hierdoor een abnormaal lage omzet kunnen aantonen, mogen eveneens gebruik maken van deze mogelijkheid.
Jaarlijks verlof geldt niet als een reden van abnormale lage omzet.
De alternatieve referentieperiode kan enkel een periode zijn in 2019 of 2020.
Kies je voor een andere referentieperiode, vul dan het omzetcijfer uit de geleverde prestaties van deze afwijkende referentieperiode in en het omzetcijfer uit de overeenkomstige btw-kwartaalaangifte.
Mogen sponsorgelden en werkingssubsidies meegenomen worden in het omzetcijfer?
Nee. Enkel de omzet uit prestaties komt in aanmerking. Sponsorgelden en werkingssubsidies mogen niet meegenomen worden in de subsidiabele omzet.
Wordt de steun uitbetaald per vestiging?
Neen, de steun wordt berekend en toegekend op ondernemingsniveau. De subsidie Vlaams beschermingsmechanisme 10 houdt geen rekening met het aantal vestigingen.
Wanneer kom ik in aanmerking voor de steun als zelfstandige in bijberoep?
Je komt in aanmerking voor de steun als zelfstandige in bijberoep als je netto belastbaar beroepsinkomen in 2019 tussen € 6.996,89 en € 13.993,78 lag en je als loontrekkende minder dan 80% tewerkgesteld was. De steun wordt dan gehalveerd. Ben je een startende zelfstandige, dan baseer je je op het verwachte beroepsinkomen volgens je financieel plan om te bepalen of je de aanvraag indient als zelfstandige in hoofdberoep of als zelfstandige in bijberoep.
Wat als je onderneming niet verplicht of enkel gedeeltelijk verplicht gesloten moet worden en je zelf beslist om je onderneming volledig te sluiten?
In dat geval beschouwen we dit als een vrijwillige sluiting en betekent dit dat je niet in aanmerking kan komen voor de steunmaatregel.
Wat als ik mijn onderneming moet sluiten omdat ik zelf besmet ben met het coronavirus of verplicht in quarantaine moet?
Met uitzondering van de ondernemingen die hun zaak verplicht moeten sluiten ingevolge de maatregelen van het Overlegcomité vanaf 28 oktober en de daaruit voortvloeiende maatregelen van de bevoegde autoriteiten inzake burgerlijke veiligheid, en van de ondernemingen die binnen de periode van omzetdaling gesloten zijn wegens de normale jaarlijkse verlofperiode, moeten ondernemingen open zijn om deze steun te kunnen genieten.
Een ondernemer die vrijwillig sluit, kan geen rechtmatige aanvraag indienen. Ben je zelf besmet geraakt met het coronavirus of moest je verplicht in quarantaine, dan beschouwen we dit echter niet als een vrijwillige sluiting en mag er alsnog steun worden aangevraagd.
Is het Vlaams beschermingsmechanisme 10 combineerbaar met de hinderpremie bij openbare werken en met de sluitingspremie bij openbare werken?
Het Vlaams beschermingsmechanisme 10 kan inderdaad gecombineerd worden met de hinderpremie bij openbare werken. De sluitingspremie bij openbare werken is enkel cumuleerbaar met het Vlaams beschermingsmechanisme voor zover de periode van sluiting omwille van de werken niet samenvalt met de periode waarin de omzetdaling moet worden aangetoond. Voor het Vlaams beschermingsmechanisme moet de omzetdaling namelijk het gevolg zijn van de coronamaatregelen.
Voor de sluitingspremie hinder openbare werken mag er bovendien geen ‘take away’ (afhaal aan het restaurant) georganiseerd worden, ‘delivery’ (levering bij de klant thuis) mag in principe nog wel.
Is het Vlaams beschermingsmechanisme 10 combineerbaar met de corona-lening bij PMV?
Ja, zelfs bij corona-leningen bij PMV vanaf € 75.000. Vermits de corona-leningen bij PMV zich eveneens beroepen op de Europese Tijdelijke Kaderreling COVID-19 mag de totaal genoten steun evenwel het maximum steunplafond van € 1.800.000 niet overschrijden.
Kan ik een aanvraag indienen voor het Vlaams beschermingsmechanisme 10 wanneer ik nog een achterstallige schuld heb bij VLAIO?
(in geval van terugvordering van een corona hinderpremie, een corona compensatiepremie, een corona ondersteuningspremie of één van de vorige Vlaamse beschermingsmechanismes)
Je zal een aanvraag kunnen indienen. Deze aanvraag zal ook behandeld worden. Een uitbetaling kan pas volgen nadat je de openstaande schuld hebt terugbetaald. Indien de schuld onbetwist is, d.w.z. er geen bezwaar of beroep loopt tegen de betreffende terugvordering, kan het steunbedrag van het Vlaams beschermingsmechanisme in mindering gebracht worden van de terug te betalen schuld aan VLAIO.
Is de steun in het kader van het Vlaams beschermingsmechanisme 10 belastbaar?
De vergoedingen/steunmaatregelen die de gemeenschappen, gewesten, provincies of gemeenten en steden toekennen in het kader van de coronacrisis zijn belastingvrij in de personen- en vennootschapsbelasting, indien aan bepaalde voorwaarden wordt voldaan.
Wordt mijn toegekend subsidiebedrag bekend gemaakt?
Ja, in het kader van openbaarheid van bestuur, publiceert VLAIO een overzicht van de coronapremies toegekend aan ondernemingen met rechtspersoonlijkheid op www.vlaio.be/cijfers. De premies toegekend aan natuurlijke personen (eenmanszaken) worden niet gepubliceerd.
Welke documenten moet ik opladen als mijn onderneming een btw-vrijstelling geniet?
Indien je onderneming onder de btw-vrijstellingsregeling viel tijdens de steunperiode en/of tijdens de referteperiode, zal je in plaats van de btw-aangiftes van het 3de kwartaal 2019 en van het 3de kwartaal 2021 een bewijsstuk moeten opladen waaruit blijkt dat deze regeling voor deze periode(s) werd toegekend.
Dit kan onder de vorm van de brief van de FOD Financiën die je ontving na de toekenning van de vrijstelling of je logt in op Intervat en je neemt een printscreen van deze toekenning.
Welke documenten moet ik opladen als mijn onderneming onder het forfaitair btw-stelsel valt?
In dit geval lever je de kwartaalaangiftes aan, aangevuld met het rekenblad waarop de forfaitaire btw wordt berekend.
Hoe kan ik een aanvraag indienen als mijn onderneming niet btw-plichtig is en geen RSZ-tewerkstelling heeft?
Wanneer een onderneming, ongeacht de activiteit opgenomen in het toepassingsgebied, niet over een overeenstemmende NACE-code beschikt op RSZ- of btw-niveau omdat ze geen RSZ-tewerkstelling heeft en niet btw-plichtig is, bepaalt VLAIO of de onderneming subsidiabele activiteiten uitbaat.
Wat als ik mijn onderneming stopzet of als deze vereffend wordt?
Stopgezette, ontbonden, failliete of vereffende ondernemingen komen niet in aanmerking voor coronasteun. Deze voorwaarde wordt getoetst zowel op het moment van de indiening van de aanvraag, alsook op het moment van de uitbetaling van de steun.
Indien een onderneming op een later tijdstip wordt stopgezet, ontbonden of dergelijke, heeft dit geen impact op de ontvangen steun, dit in zoverre de toegekende steun betrekking heeft op een periode waarin de onderneming nog actief was. Reeds ontvangen steun dient in dat geval niet terugbetaald te worden. U dient hiervan ook geen melding te maken aan VLAIO.
Opgelet: controles door VLAIO blijven mogelijk tot 5 jaar na de uitbetaling van steun. Indien uit een controle blijkt dat er onterecht steun werd aangevraagd zal deze, ook na ontbinding of dergelijke, worden teruggevorderd.