Bedrag van de oproep
Hoeveel bedraagt de steun?
Er is een bedrag van 15 miljoen euro beschikbaar voor deze oproep.
De oproepenveloppe bedraagt 15 miljoen euro, waarvan 5 miljoen euro EFRO-middelen en 10 miljoen euro Fonds voor Innoveren en Ondernemen (FIO) cofinanciering. De EFRO-steun per project bedraagt maximaal 30% van de totale kosten. Vanuit FIO kan de cofinanciering 60% bedragen. Er is dus een minimale eigen inbreng van 10% vereist.
Voor deze oproep wordt uitgegaan dat de steun als niet-staatssteun moet worden beschouwd.
De oproep is bedoeld het steunen van niet-commerciële infrastructuur of activiteiten. De steun is bedoeld voor de impact van overstromingen te vermijden. In dat geval is volledige publieke financiering mogelijk.
Indien uit het projectvoorstel zou blijken dat de staatssteunregels alsnog van toepassing zijn, is het kader van de Algemene Groepsvrijstellingsverordening (AGVV) het meest aangewezen om de maximaal toegelaten publieke steun te verantwoorden.
Algemene Groepsvrijstellingsverordening (AGVV)
De AGVV is een zeer praktisch instrument om op een geoorloofde manier staatssteun te verlenen aan de ontwikkeling van jouw project.
In de AGVV zijn allerlei steuncategorieën vrijgesteld. Het gaat om onderwerpen waaraan de Europese Commissie een groot belang toekent zoals innovatie, duurzaamheid en onderzoek en ontwikkeling.
Hierna volgt een (niet limitatieve) selectie van de meest toepasselijke artikels uit de AGVV o.b.v. de inhoud van het Vlaamse EFRO-programma.
Voorbeelden BD2 – Green Europe:
deel 7 steun voor milieubescherming
- Artikel 36 Investeringssteun om ondernemingen in staat te stellen verder te gaan dan Unienormen inzake milieubescherming of om, bij ontstentenis van Unienormen, het niveau van milieubescherming te verhogen;
- Artikel 45: Investeringssteun voor het herstel van milieuschade, de rehabilitatie van natuurlijke habitats en ecosystemen, de bescherming of het herstel van de biodiversiteit en de uitvoering van nature-based solutions ten behoeve van klimaatadaptatie en -mitigatie
De-minimisverordening:
Anders dan de AGVV heeft de-minimissteun geen betrekking op specifieke activiteiten. Op grond van de reguliere De-minimisverordening kunnen overheden ondernemingen over een periode van drie jaar tot een bedrag van 300.000 euro steunen zonder dat er sprake is van ongeoorloofde staatssteun.
Diensten van Algemeen Economisch Belang (DAEB)
DAEB zijn economische activiteiten die een publiek belang dienen. Overheidsoptreden bij de uitvoering van deze diensten is noodzakelijk, omdat deze diensten anders niet zelf door de markt worden verricht (al dan niet onder maatschappelijk aanvaarde voorwaarden).