Roadmap van een (her)ontwikkelingsproject

Planning- en realisatiefase

De visie en plannen uit de voorbereidende fase worden verder uitgetekend en verscherpt, om uiteindelijk te kunnen starten met de realisatie.

Startpunt

Er wordt voorgebouwd op het zaadje dat geplant en uitgewerkt werd in de voorbereidende fase. Nu wordt er een visie uitgewerkt over de gewenste ontwikkeling, inrichting en beheer van het terrein. Deze fase start met de ruimtelijke en programmatorische eisen uit de voorbereidende fase. Deze eisen worden geconfronteerd met de mogelijkheden van het terrein.

Scope van de fase

In de planning- en realisatiefase worden doordachte keuzes gemaakt. Verschillende ideeën en concepten worden uitgewerkt in plannen die verder gedetailleerd en gefaseerd worden. De (her)ontwikkeling krijgt vorm: het programma wordt uitgewerkt, de visie over inrichting en infrastructuur wordt uitgetekend in een inrichtingsplan, etc.

De realisatie van de opgemaakte plannen is het resultaat volgend op de planningsfase. Hierbij wordt een aanvraag voor de omgevingsaanvraag voorbereid, aangevraagd en uitgevoerd. Na grondwerken, de aanleg van de wegenis, groen en waterbuffer worden de nutsvoorzieningen aangebracht.

Samenwerking en projectorganisatie

In de realisatiefase is het noodzakelijk dat ontwikkelaar(s) en uitvoerende partij(en), zoals ontwerpers en aannemers, zorgen voor een goede afstemming. Hierbij liggen taken zoals budgetopvolging, veiligheidscoördinatie, bijsturing voor minder hinder, communicatie, etc. Het blijft in deze fase belangrijk om contact te hebben met alle betrokken partijen. Niet alleen om betere resultaten te krijgen, maar ook om mogelijke conflicten efficiënter te kunnen beheersen. Ook ‘externen’ zullen zo sneller over betere informatie kunnen beschikken en hierdoor een hogere kwaliteit in uitvoering kunnen genereren.

Welke aspecten zijn belangrijk in deze fase?

Beschrijving van de bestaande toestand

Hiervoor kan volledig gesteund worden op het onderzoek dat in de voorbereidende fase werd uitgevoerd. Het gaat dan vooral om de rol van het bedrijventerrein in de economische structuur en de terreinkenmerken en ruimtelijke lokalisatie van de site.

Economische aspecten

Hiervoor kan gesteund worden op de analyse uit de voorbereidende fase ('rol van het terrein in ruimere economische structuur'). In een motivatienota kan de ontwikkeling van het bedrijventerrein gemotiveerd worden aan de hand van:

  • Beleidsdoelstellingen
  • Huidig aanbod en de behoefte aan bedrijventerreinen
  • Ruimtebehoefte als gevolg van de herlokalisatie van zonevreemde bedrijven
  • Nood aan een bepaalde typologie van bedrijven(terrein)
  • Eisen (of verwachtingen) gesteld inzake tewerkstelling en investeringen
  • Indicaties over de prijszetting

Het is in de planning- en realisatiefase niet de bedoeling het bedrijventerrein volledig ten gronde te motiveren. Dit is immers al uitvoerig gebeurd bij de bestemmingswijziging en in ruimtelijke beleidsplannen, bijvoorbeeld een RUP, structuurplan of het beleidskader economie van het beleidsplan ruimte.

​​​​​​​Stedenbouwkundige aspecten

Drie stedenbouwkundige aspecten kunnen besproken worden in het inrichtingsplan. Het gaat om:

  • De planningshistoriek;
  • De globale gewenste ruimtelijk-stedenbouwkundige structuur van het terrein. Als een hoge beeldwaarde wordt nagestreefd op het terrein, dan kan het gewenste ruimtelijk beeld ook vorm krijgen in speciaal hiertoe bestemde instrumenten, zoals het beeldkwaliteitsplan of een stedenbouwkundige studie.
  • De stedenbouwkundige eisen die uit deze gewenste structuur voortvloeien (in de vorm van stedenbouwkundige voorschriften – meestal een zelfstandig geheel dat bij de verkoopovereenkomsten wordt gevoegd). Bij de eisen moet een evenwicht gezocht worden tussen enerzijds flexibiliteit en anderzijds ambitie en specifieke eisen

Algemene inrichtingsprincipes

Het opstellen van deelplannen voor:

  • Kavelindeling
  • Interne en externe ontsluitingsinfrastructuur
  • Nutsinfrastructuur (waterhuishouding, energiehuishouding, overige nutsinfrastructuur, …
  • Maatregelen op het vlak van de (landschappelijke) inpassing in de omgeving

Maatregelen die leiden tot intensief en flexibel ruimtegebruik

Maatregelen rond efficiënt en flexibel ruimtegebruik situeren zich op verschillende vlakken. Hiervoor wordt verwezen naar de bouwsteen ‘economisch weer- en wendbaar’.

​​​​​​​Mogelijkheden tot ecologische maatregelen

Ecologische maatregelen kunnen zich op verschillende vlakken situeren. Hiervoor wordt verwezen naar de bouwstenen ‘open en compact’ en ‘energiek en circulair’.

​​​​​​​​​​​​​​Milieu hygiënische en algemene veiligheidsmaatregelen

Deze maatregelen kunnen te maken hebben met brandveiligheid, sociale veiligheid, milieuhygiëne, …

 

Aandachtspunten

Iedere (her)ontwikkeling van een bedrijventerrein is verschillend naargelang de omgevingskenmerken, impact, mogelijke hinder, draagvlak, etc. Daarom is het ook belangrijk om bij de conceptualisatie en realisatie rekening te houden met noden van buiten het bedrijventerrein en synergieën te creëren. Een bedrijventerrein mag niet bekeken worden als een afgesloten eiland, maar moet gezien worden als onderdeel van een ruimere omgeving. Afhankelijk van de (her)aanleg van het terrein zullen bepaalde aspecten meer of minder uitgewerkt worden.

Bepaalde stedenbouwkundige voorschriften vormen een groot struikelblok voor de herontwikkeling van een terrein. Vooral oude voorschriften zijn vaak eng gedefinieerd. In bepaalde gevallen kan daar vrij gemakkelijk van afgeweken worden (RUP ouder dan 15 jaar). Ook tijdens een herontwikkelingstraject worden stedenbouwkundige verplichtingen en voorschriften vaak ad hoc opgelegd, en vaak al in een verdere fase van het traject.

 

Product: (her)inrichtingsplan

Deze fase resulteert in een ontwerp: het (her)inrichtingsplan. Het (her)inrichtingsplan is veelal een verzamelnaam voor diverse typeplannen (deelplannen) die allen afzonderlijk kunnen uitgewerkt worden: beeldkwaliteitsplan, zoneringsplan, infrastructuurplan, rioleringsplan, afwateringsplan, groenplan, landschapsplan, ...

Het resultaat is een concreet plan van aanpak voor de (her)inrichting van een bedrijventerrein. In de uitvoeringsfase zijn de plannen op detailniveau uitgewerkt: de uitvoering kan starten. Het project en/of een of meerdere deelprojecten worden effectief gerealiseerd. Die realisaties moet voldoen aan de eisen, verwachtingen en voorwaarden van de opdrachtgevers en (potentiële) gebruikers, zoals die zijn vooropgesteld.

 

Conform het subsidiebesluit bevat een inrichtingsplan minstens volgende aspecten:

  • Een grafisch plan van de bestaande toestand en een plan met algemene inrichtingsprincipes op het vlak van kavelindeling, interne en externe ontsluitingsinfrastructuur, nutsinfrastructuur en maatregelen op het vlak van de (landschappelijke) inpassing in de omgeving.
  • Een toelichting van volgende aspecten:
    • Stedenbouwkundige aspecten van het terrein
    • Economische aspecten van het terrein
    • Maatregelen op vlak van klimaatbestendigheid
    • Ecologische maatregelen
    • Veiligheidsmaatregelen
    • Maatregelen m.b.t. beeldkwaliteit

Voor verouderde bedrijventerreinen bevat een herinrichtingsplan ook volgende onderdelen:

  • Een schets van de problematiek op het bedrijventerreinen
  • De maatregelen die zullen gelden bij elke nieuwe ingebruikname van een kavel of bedrijfsgebouw